roadtrip part 3 - Tirtagangga & Mount Agung

4 oktober 2010 - Karangasem, Indonesië

Op de terugweg naar de Agung vulkaan passeer ik nog een rustig en aangenaam dorpje "Tirtagangga" genaamd, met prachtige rijstvelden en een heilige bergbron.  De radja van Tamlapura liet hier een heus Waterpalace bouwen, met waterlelies, fonteinen, prachtige standbeelden en een vijver met koi's, waarin tegels liggen waarover ja kan wandelen.  En een tempel ontbreekt hier natuurlijk ook niet.  Deze plek straalt echt  een ongelofelijke charme uit, het is hier sprookjesachtig mooi, en vooral ook rustig!  Bijna geen toeristen hier, en waar geen toeristen zijn zijn ook geen opdringerige verkopers, zalig.

En het beste is :  je mag hier ook zwemmen ! Achterin liggen 2 bassins met kristalhelder bronwater waar je een verfrissend bad in kan nemen.  Moet je mij geen twee keer zeggen.  Het is zalig om even in het zogezegde 'heilige water' te duiken.  Van zodra er hier ergens een bron ontspringt verklaren de Balinezen ze direct heilig.  Tirtagangga betekend zoveel als "heilig water van de Ganges" ... alhoewel ik het ten zeerste betwijfel dat het heilig water van de Ganges tot hier in Bali stroomt.

Na mijn verfrissend bad stop ik nog even in de iets verderop gelegen stad, Amplapura, voor mondvoorraad in te slaan voor mijn nachtelijke expeditie.  En dan een fratske met de politie ... ik kom op zo'n  " |- " vormig kruispunt waar je enkel rechtdoor of rechtsaf kan, en waar 2 flikken in een kotje zitten... en het is rood, dus ik stop.  Daarmee trek ik ongewild de aandacht van de politie, want nu blijkt dat het rood licht enkel geld voor degenen die rechtsaf moeten.  Wie rechtdoor moet mag het rood licht negeren en doorrijden.  Ik als domme toerist weet dat niet en daar staat ineens een flik naar mij te gebaren dat ik aan de kant moet gaan staan. Natuurlijk vraagt hij achter mijn rijbewijs, en dan heb ik een probleem want ik een europees heb ik niet .. en mijn belgisch dat steekt thuis ergens in een doos in de kelder... oeps.

Eerst wordt ik de les gelezen dat ik voor de rechtbank 1.000.000 rupia zou moeten betalen.  Ik haal mijn fake portemonneeke boven (ter verduidelijking : ik weet natuurlijk wel dat ik zonder rijbewijs rond rijd in een land waar 90% van de flikken corrupt zijn, dus ik heb een extra portemonneeke onder mijn zadel zitten met amper 50.000 rupia (4,5 euro) in voor het geval ik tegengehouden zou worden en al mijn geld moet afgeven om mij 'vrij te kopen', zoals dat hier normaal gaat)... dus ik kijk erg zielig en bied de man mijn laatste 50.000 rupia aan.

Er volgt direct een spervuur van vragen ... is this all your money ? you have no creditcard ? where are you staying ? you have more money in your hotel ?  ... ik kijk nog zieliger en zeg dat dit echt alles is en dat ik binnen twee dagen weer naar huis ga en dat ik nog een beetje geld in mijn guesthouse heb waar ik de komende dagen nog mee toe moet komen.

De man gebaart om even te gaan zitten, en dan volgt er opnieuw een hoop vragen ... are you travelling alone ? how long have you been in bali ? what have you been doing here ?  how old are you ? are you married ? where is your husband ?   Ik antwoord braaf de ene vraag na de andere en na 20 min vraag ik hem dan toch maar wat er nu eigenlijk gaat gebeuren....  en tot mijn verbazing geeft hij mij mijn 50.000 rupia terug... en geeft er nog 20.000 uit eigen zak bovenop ! huh ??? .. om veilig thuis te geraken, zegt hij, want met 50.000 rupia geraak je niet ver.   Ik wist effe niet wat me overkwam... maar ik vond het wel schitterend.   De politie in belgie kan er nog iets van leren :-)

Het vertrekpunt van de vulkaantrecking is Selat, een klein dorpje (lees: 1 straat) aan de voet van de vulkaan.  Hier vind ik mijn gids en ook mijn hotel.  Het hotel zat mee in de prijs inbegrepen... en wat voor een hotel.  Een oud vuil versleten krot.  Misschien dat het 30 jaar geleden ooit nog pracht en praal was, maar vandaag de dag blijft daar niet veel meer van over.  De muren zitten vol vocht, de mooie gevlochten bamboo plafonds vol schimmel, er zit een rat in mijn slaapkamer, en een kakkerlak in mijn badkamer, en het eten trekt op niks.

Ik bestel een chap chay met varkensvlees waar geen vlees in te vinden is, en mijn 'vers geperste' appelsiensap heeft een raar chemisch smaakje.  geen culinaire hoogvlieger dus.  Ik vraag om te betalen voor het eten, en dan zeggen ze mij dat dat  morgenvroeg wel afgerekend zal worden voor ik vertrek.  Euh, dat vind ik toch maar verdacht, dus ik check nog even snel de prijs, en jawel, de volgende morgen rekent hij 19.000 rupia ipv 15.000 rupia voor de chap chay met varkensvlees zonder vlees.  euh, .. ni met mij zenne, maat !

Bij het avondeten ontmoet ik ook de andere treckers ... Eugen en Stefanie, een duits echtpaar van ergens vanachter in de dertig.  Zeer nette beleefde mensen... tevens ook oersaai.  Maar ja, don't judge the book by its cover... dus ik blijf openminded en tel af naar het vertrek.  Eerst nog een power-napke, en om 01.30 s'nachts wordt er op mn deur geklopt.  Tijd om te gaan !!  Eugen en Stefanie worden ook gewekt , en dan hoor ik van de gids dat er al 5 man al in de auto zit te wachten .. huh, nieuw volk ? Nieuwsgierig ga ik kijken, en daar tref ik daar 5 jonge gasten aan uit Basel die recht uit Kuta uit een of andere bar kwamen, in surfshorts en slippers. gieren.  Vijf prettig gestoorde zwitsers met een geweldig droge humor en een sappig zwitsers accent...  precies wat ik nodig heb om deze saaie bergwandeling wat op te vrolijken !

De sfeer zat er dus dik in. Joni, Tobi, en de rest van de mannen waarvan ik de namen nooit heb kunnen onthouden, en ikzelf, gaan in een hoger tempo de berg op dan de duitsers dus de groep valt in twee, en na 4 uur over stenen en rotsblokken klimmen bereikt het Zwitsers-Belgische team als eerste de top.  Joehoew ! Het was pokkezwaar... maar we staan daar dan eindelijk op 3140 m hoogte op het topje van de hoogste berg van Bali met een prachtig wolkentapijt dat zich aan onze voeten uitstrekt en de zon die langzaam opkomt in het oosten.  Adembenemend mooi.

Heel in de verte kunnen we het topje van de Rinjani vulkaan in Lombok zelfs zien !  De mannen, nog steeds in hun sufshort, hebben serieus kou geleden.  Het is hier echt niks te warm hoor, ik weet nu wel waarom ik al 1,5 maand een trui en een windjack ergens diep vanonder in mijn rugzak meesleur.  Ik heb nog toevallig een sarong in mijn rugzak zitten en Joni bindt die rond een van zijn bevroren benen.  gieren. ... het kan maar helpen, he.

Boven aan de kratermond staat een heilig beeldje.  Onze gids pakt een momentje voor zichzelf en gaat een offer aan de goden brengen.  Hij heeft bloemen achter zijn oren zitten en brengt een typisch balinees gezang.  Mooi om te horen, en interessant om te zien.  Na een kopje kofie en een banana pancake (heeft die man allemaal voor ons mee naar boven gesleurd), beginnen we aan the way down.  En die was niet zo makkelijk als ik gedacht had... meer nog, naar boven lopen was the easy part, .. het is het afdalen dat echt pas echt zwaar is.

Naar het einde toe begint de vermoeidheid zwaar door te wegen en op een gegeven moment konnen mijn knieeen het echt niet meer aan.  Die laaste 500m afdalen waren er echt te veel aan ! ik heb daar een uur over gedaan, terwijl de mannen al lang beneden waren ! Ik ben echt met trillende benen en half steunend op de schouder van de gids naar beneden gesukkeld.  Ik voelde enkel nog pijn en bij elke stap had ik het gevoel dat ik door mijn benen ga zakken, my god, wat is dit ?!

Ik die altijd zo veel sport en anders altijd goed in vorm ben ?  ik geraak bijna niet meer tot beneden.. dit geeft wel enige stof tot nadenken.. en ik heb de oorzaak snel gevonden: stomme schouderoperatie vorig jaar, en dan een jaar niet meer gesnowboard... resultaat : mijn ooit stevig gespierde bovenbenen  zijn gesmolten als sneeuw voor de zon en daar draag ik nu de gevolgen van.  Als ik dit vroeger had gedaan was ik zonder twijfel samen met de mannen beneden aangekomen, maar nu heeft het meer iets weg van een oud oma'tje dat wanhopig de trap probeert af te geraken.  ik voel mij een beetje zielig..

Om 11.00 s'morgens bereik ik dan eindelijk de tempel, het eindpunt .  De mannen liggen daar verspreid op de grond  te pitten, ik laat mij steendood ergens in het midden van het slagveld neervallen.  Nog een uur later pas komen ook de duitsers aan.  Terug in het kakkerlakken hotel pak ik nog snel een vieze douche en ik rijd direct door naar Sidemen dat gelukkig maar 8 km verder ligt ... daar vind ik mij een supermooie homestay, helemaal in de traditionele balinese stijl met een bamboo gevlochten dak en bamboo in de muren verwerkt zodat de wind er door kan trekken, en prachtig houtsnijwerk in deuren, ramen en bed.  Zo mooi, .. en zo goedkoop ! lang leve het laagseizoen :-)

Ik vind dat ik wel een verwenbeurt verdiend heb, en rijd naar een super de luxe  5 sterren  honeymoon hotel dat daar ergens in de buurt ligt.  Een klein maar exclusief bungalow complex met een prachtige exotische tuin en zo'n poepchique zwembad dat tot aan de rand gevuld is en 'overloopt'.   Op de achtergrond een prachtig panarama van rijstvelden en jungle.  Het lijkt alsof het water van het zwembad rechtsreeks in de rijstvelden overvloeit... onder de indruk van zoveel fraais laat ik mij als een vod in het zwembad glijden en kom er pas een uur later uit voor een zaaaaaaaaalige voetmassage.  Ik krijg ook nog een vers geperste ananas-sap, waar denk ik twee volledige ananassen doorgedraaid waren... wat een verschil met het giftig sapje van het kakkerlakken hotel van gisteren !  ... Ik weet wel waar ik heen ga als ik ooit trouw :-).

 

 

 

Foto’s